Sinds 1 januari 2016 bestaat de regeling Extra RoosterVrije Dagen (ERVD).
In 2018 is begonnen met de afbouw van het aantal ERVD per geboortejaar. Vanaf 1 januari 2023 is er geen nieuwe instroom meer voor deelnemers die zijn geboren vanaf het geboortejaar 1966. Deelnemers geboren tot en met 1965 hebben nog recht tot het moment dat ze uit dienst gaan.
De informatie hieronder geldt voor alle roostervrije dagen die oudere werknemers vanaf 2016 opbouwen.
ouwplaatswerknemers die ouder zijn dan 57 jaar hebben recht op extra roostervrije dagen waarover u het loon doorbetaalt.
Bouwplaatswerknemers die 55 jaar zijn in 2016, houden hun recht op extra roostervrije dagen vanaf 55 jaar. Bekijk hieronder de verschillen in leeftijd. De loonkosten over deze extra roostervrije dagen kunt u bij het Aanvullingsfonds declareren. Een opgenomen extra roostervrije dag moet binnen 6 maanden worden gedeclareerd. APG verwerkt de declaraties.
Werknemers die 55 jaar of ouder zijn op 1 januari 2016, hebben en houden recht op de volgende extra roostervrije dagen:
Werknemers die 50 t/m 54 jaar zijn op 1 januari 2016, hebben vanaf hun 57ste recht op de volgende extra roostervrije dagen:
Een werknemer die gedurende het jaar 57 wordt, heeft recht op deze dagen naar rato. Ook bij dienstverbanden die een deel van het jaar bestrijken, wordt het recht op extra roostervrije dagen naar rato vastgesteld.
Ook UTA-werknemers boven 55 jaar hebben recht op doorbetaald extra verlof. De declaratieregeling geldt alleen voor bouwplaatswerknemers en niet voor het UTA-personeel.
Uw werknemer moet de extra roostervrije dagen opnemen in het kalenderjaar waarin deze zijn opgebouwd. Niet opgenomen dagen vervallen aan het einde van het kalenderjaar.
Werknemers die gedeeltelijk arbeidsgeschikt zijn, hebben recht op extra roostervrije dagen waarover u het loon doorbetaalt. De loonkosten over deze extra roostervrije dagen kunt u ook declareren.
De opbouw van extra roostervrije dagen verloopt via het kalenderjaar. De werknemer heeft vanaf het moment dat hij in de loop van het jaar 57+ wordt naar rato recht op het (hogere) aantal roostervrije dagen. Vanaf dat moment vindt opbouw van rechten plaats. Extra roostervrije dagen kunnen worden opgenomen naar rato van de opgebouwde rechten.
Voor de groep die nu al extra verlofdagen opbouwt, geldt het volgende:
De opbouw van een werknemer van 55 jaar of ouder – maar jonger dan 60 – is één dag na elk periode van 26 dienstverbanddagen (maandag t/m vrijdag). Per jaar zijn dat 10 dagen. Een werknemer van 60 jaar of ouder kan per jaar 13 dagen opbouwen. Eén dag na elk periode van 20 dienstverbanddagen.
De vergoeding over een extra roostervrije dag wordt berekend op basis van het vast overeengekomen loon van de werknemer, inclusief de gemiddelde prestatiepremie over de voorgaande periode.
U ontvangt ook een tegemoetkoming in de kosten voor de werkgeversbijdragen in de premies sociale verzekeringswetten en de overige premie- en bijdrageverplichtingen voorgeschreven in de cao. Deze vergoeding wordt uitgedrukt in een toeslagpercentage. Deze toeslagpercentages worden één keer per jaar vastgesteld. Het loon dat u de werknemers uitbetaalt over extra roostervrije dagen boekt u op dezelfde manier als een 'normale' loonheffing in de loonadministratie.
2024
Fonds/sector | Toeslagpercentage | Declaratieregeling |
Aanvullingsfonds Bouw & Infra | 55% | Extra roostervrije dagen oudere werknemers |
2023
Fonds/sector | Toeslagpercentage | Declaratieregeling |
Aanvullingsfonds Bouw & Infra | 54% | Extra roostervrije dagen oudere werknemers |
Voor werknemers die in het buitenland werken kunt u onder de volgende voorwaarden extra roostervrije dagen voor oudere werknemers declareren:
Bovendien geldt voor deze werknemers dat aan alle verdere voorwaarden met betrekking tot het declareren van extra roostervrije dagen moet worden voldaan.
U kunt op twee manieren elektronisch ERVD-declaraties aanleveren.
Lees meer over aanleveren met een XML-bestand.
Informeer het administratiekantoor dan ook over de declaratieprocedure voor ERVD.
Wij stellen vast of er recht bestaat op de vergoeding. Zo ja, dan betalen we het bedrag op het rekeningnummer dat bij ons bekend is. U kunt uw betalingsspecificatie per werknemer met daarop de toegewezen dag(en) terugvinden in MijnBTER onder declaratieoverzicht. Hierop staat eventueel ook of geen vergoeding gegeven kon worden en wat de reden is.